Paardenpraktijk Hoogendoorn VOF - Esvelderweg 5

Jan is hoefsmid en is hiermee fulltime bezig. Hij heeft de opleiding in Deurne in 1994 met goed gevolg afgesloten en volgde diverse bijscholingen over de gezondheid van de ondervoet. Hij is gespecialiseerd in behandeling van hoefaandoeningen, zoals witte lijn ziekte  (White Line Disease) en hoefbevangenheid. Hij heeft al vele paarden weer goed op de hoeven kunnen krijgen.

Verder is hij stagebieder voor de opleiding Hoefsmid (erkend SBB-bedrijf) en heeft de afgelopen jaren veel stagiaires mogen begeleiden.

Ellen is gediplomeerd ORUN-instructeur dressuur en heeft zelf wedstrijden gereden in de klasse Z-dressuur, M-springen en L-samengesteld (nu eventing). Momenteel rijdt zij geen wedstrijden meer, maar legt zij zich meer toe op het lesgeven en het trainen van haar eigen paarden. Zij heeft veel met jonge paarden gewerkt bij verschillende stallen.

Respect voor balans is de basis van de werkzaamheden van zowel Jan als Ellen. Een rechte voetas is noodzakelijk voor een goed bewegingspatroon en voorkomt vele blessures. Bij het werk van Ellen wordt gestreefd naar een paard dat goed in balans loopt. Het gevolg is een paard dat fijn is om te rijden en prettig in de omgang.  

Longeren.                                                                                                                                                                                                       Veel mensen vinden het longeren saai of doen dit soms als ze geen tijd hebben om te rijden. Het lijkt meer op je paard rondslingeren i.p.v. gericht beweging geven.Tempo en grootte van de cirkel bepalen veel en daarmee kun je veel afwisselen. Dan is het heel leuk om te doen. Het is heel goed om je paard te longeren. Hetzij voor afwisseling, maar ook om je paard beter en losser te maken. Bij het longeren kun je ook een goed contact met je paard hebben, net als bij het rijden. Verbinding houden. Weerstand bieden en nageven. Ik gebruik bij het longeren verschillende optomingen. Een halster, een kaptoom of een hoofdstel met trens om beter te kunnen inwerken. Dit hangt af van hoe het paard zich laat bewerken. Indien nodig gebruik ik bijzetteugels, slofteugel of touwtjes. Een enkele keer een Pessoa-teugel, maar hier moet je wel goed mee om kunnen gaan. Een longeertouw van zacht, dik touw is ook heel goed en het is gemakkelijk aan te brengen.Paarden die kreupel zijn of een gevoelige rug hebben, longeer ik altijd eerst voordat er een zadel op gaat. Dan laat het paard meestal wel zien waar het probleem ligt en zonder belasting op de rug komt er sneller ontspanning. De ruiter/eigenaar krijgt aanwijzingen hoe hij dit zelf kan doen en we kijken dan een week later wat het resultaat is. Als het paard beter loopt kunnen we ook weer beginnen met rijden.