KDC Voorschoten - Papelaan 85v

5/5 based on 1 reviews

About KDC Voorschoten

Bob van Eerd (1954) heeft sinds 7 jaar een vrijgevestigde praktijk in Voorschoten. Zijn cliënten zijn vooral kinderen en jongeren tot 23 jaar. Bob participeert in de NVVP-beleidsraad en is secretaris van de recent opgerichte NVVP-commissie Kind & Jeugd. Over deze laatste activiteit praat ik met Bob in zijn praktijk die gehuisvest is in een kleinschalig bedrijvencentrum vlakbij het station van Voorschoten. De praktijk van Bob bestaat uit twee kamers, een behandelkamer en een werkkamer. Beide kamers zijn ingericht met designmeubels en kunst van Marc Mulders.

‘De politieke en maatschappelijke bejegening van de GGZ baart mij zorgen. De GGZ wordt als minder fundamenteel gezien dan de somatische zorg en binnen de GGZ is het behandelen van kinderen, pubers en adolescenten ondergeschikt geraakt aan het behandelen van volwassenen. Zeker bij jonge kinderen wordt al snel gedacht: laat die kinderen toch lekker voetballen en bespreek je zorgen met je buurvrouw. Terwijl een kind wel degelijk angstig of depressief kan zijn. Daarnaast komt er voor de psychotherapeuten die zich op K&J richten nu dus bij, dat door de voorgenomen stelselwijziging de regie bij de gemeenten dreigt te gaan komen. Uitgangspunt van de staatssecretaris is dat er ‘geen kind buitenspel’ komt te staan en dat er zo betere samenwerking ontstaat tussen instanties rond de zorg voor jeugdigen en gezinnen. Men schetst tekortkomingen van het huidige stelsel, zoals een grote druk op gespecialiseerde zorg, medicalisering van afwijkend gedrag en kostenopdrijvende effecten als afgeleide hiervan. We zullen zien dat er een bij voorbaat verloren strijd zal ontstaan tussen de (financiering van) overlast veroorzakende problematiek waar gemeenten en Jeugdzorg vaak mee te maken krijgen, en wat ik noem de ‘stille’ problematiek die de caseload beslaat van de vrijgevestigde K&J-therapeuten. Dan ligt de lijdensdruk vooral bij het individu of het gezin, waar het gaat om autisme, angsten, stemmingsstoornissen en integratie- en regulatieproblemen. Wat dat betreft sluit ik me aan bij de Nationale Kinderombudsman Marc Dullaert, die recent in een interview met de NRC zei: ‘jeugdzorg is niet iets wat je over de heg gooit’.

Op dit moment lijkt binnen het speelveld van ons vak vooral de pedagogiek aan zet te zijn. Dat zie je bijvoorbeeld terug in de notitie van Mischa de Winter, die ik overigens een geweldige pedagoog vind. Hij legt de nadruk op het belang van de zogenaamde ‘pedagogic civil society’. In de media zien we veel artikelen verschijnen over het belang om ‘gewoon’ weer te gaan opvoeden, over het belang van met elkaar in de buurt de zorg voor kinderen op te vangen. Ook ik geloof in het Afrikaanse spreekwoord ‘it takes a village to raise a child’. En de verwording van de huidige maatschappij op het gebied van de opvoeding zie ik bijvoorbeeld af aan de moderne bakfiets. Natuurlijk heeft die goede kanten en een bekende van mij vervoert er zo ook haar gehandicapte zoon comfortabel mee naar de kinderopvang. Maar ik zie ook ouders met een bakfiets waar kinderen in zitten die al zelf kunnen fietsen, maar dat niet doen omdat dit sneller is voor de ouder, die dan ook nog tegelijkertijd het oranje licht door rijdt met een mobiel aan het oor om te melden dat men wat later op het werk is. En dan denk ik als kinderpsychotherapeut: géén ‘joint attention’ waar gerichte afstemming van aandacht plaatsvindt tussen ouder en kind en gewezen wordt op verschillende aspecten van de regels van het verkeer, géén extra oefening op het eigen fietsje met afstemming van aandachtfuncties en motoriek en zo het verder oefenen van regulatie- en integratiefuncties, géén motorische ontlading om straks weer stil op het stoeltje een paar uur taal en rekenen te kunnen doen.

Vanuit mijn praktijk kijk ik uit op een kinderdagverblijf waar heel jonge kinderen ’s ochtends vroeg gebracht worden om ’s avonds heel laat weer opgehaald te worden. Natuurlijk hebben die kinderen bloot gestaan aan veel meer prikkels dan gemiddeld en hebben ze thuis -met vermoeide ouders die ook nog moeten koken- nauwelijks nog tijd om weer bij te laden, voor ze door de ouders weer naar bed worden gebracht. Voor veel kinderen met sterke ego-functies is dat allemaal vaak prima te doen. Voor veel kinderen die verhoogd prikkelbaar of sensitief zijn, wordt er zo toenemend stress opgebouwd die later zijn weerslag heeft op flexibiliteit in het aangaan van sociale relaties en omgaan met eisen van aandacht en concentratie bij de leerprocessen. De aandacht voor de pedagogiek (en de zorg over de toenemende medicalisering) is er dus in mijn psychotherapeutenblik ook, maar is subtieler dan de frasen waarmee nu de Centra voor Jeugd en Gezin (CJG’s) gepromoot worden.

Algemeen gezegd was er vroeger te veel ‘rem’ -zich uitend in meer neurotische problematiek- en in dit tijdsgewricht te weinig rem, zich uitend in twitterende politici, botte journalisten die vragen stellen zonder zich ingewerkt te hebben, ouders die op stel en sprong naar school stappen als hun prins(es)je frustratie ontmoet van de leerkracht of klasgenoot. Mede door dit soort ontwikkelingen is er nu naar mijn mening zo’n toename van aan ADHD gerelateerde beelden.

Ik denk dat uiteindelijk de sterkste krachten niet uitgevoerd moeten worden door de professionals en brancheverenigingen zoals NVVP, maar dat de invloed die er werkelijk toe doet, moet komen via druk van de patiënten zelf. Vanuit dat perspectief ben ik voor verdergaande transparantie naar patiënten, ook van de tarieven van behandelingen in de gezondheidszorg, inclusief de GGZ. We bieden kwalitatief goed werk, maar er hangt ook een flink prijskaartje aan. Het is misschien even wennen om ook in dat opzicht meer openheid te geven, maar het zal toch nog meer duidelijk moeten worden waarom gezondheidszorg kost wat het kost en waarom de huidige kosten van de zorgverzekeringen alleen maar zullen groeien. Als je weet wat je behandeling kost, zul je zien dat je maandelijkse zorgpremie eigenlijk nog wel meevalt en dat het solidariteitsprincipe (dat nu zo onder druk staat) een groot goed is van onze cultuur. Ik vind dat we als beroepsgroep transparanter moeten worden, zowel in wat we doen als wat het kost: we moeten onze marketing verbeteren.

Als we kijken naar de CJG’s en de beoogde wijk- en gemeentegerichte aanpak van de Jeugdzorg, zie ik daar ook de positieve kanten van in. Zowel in kwalitatief opzicht als ook voor de kansen voor vrijgevestigden die vaak al actief zijn binnen scholen, wijken en gemeenten. Ik denk dat we daarom ook een belangrijke aanvulling zijn binnen de CJG’s, bijvoorbeeld door het geven van consultatie. Toch zal met de CJG’s geen ideale maatschappij ontstaan. Er zullen altijd mensen zijn die hun kinderen of de maatschappij iets onbeschrijfelijks aandoen, omdat ze vreemde denkbeelden hebben. Ouders die wanhopig zijn en hun huis in brand steken met kind en al, of excessen zoals het meisje van Nulde of het Maasmeisje of de verschrikkelijke actie van Breivik. Als maatschappij kunnen we niet alles voorkomen en overal sluitende protocollen voor opstellen.

Ik heb veel vragen met betrekking tot de werkwijzen van de CJG’s: wie gaat er straks bijvoorbeeld de zorg indiceren en diagnosticeren? Gaan de CJG’s dat doen, of doen zij alleen screening en kunnen BIG-geregistreerde psychologen/psychotherapeuten tóch zelf indiceren en diagnosticeren? Tot mijn opluchting kreeg de huisarts in het recente Bestuurlijke Akkoord weer een belangrijke rol. Ook ben ik benieuwd hoe er met privacy en dossiervorming zal worden omgegaan. Welke standaarden gaan gelden?

Profilering is een van de doelstellingen van de NVVP-commissie K&J. We zijn bezig met het opstellen van een stappenplan, wellicht ook met bijbehorende stukken. Dit stappenplan kunnen K&J-leden en ook de regionale afdelingen als basis gebruiken om contact te leggen met de eigen gemeenten. Ook wordt er in de commissie een vraag&antwoordoverzicht opgesteld waarin relevante onderdelen van de stelselwijziging aan bod komen.
Vooralsnog zit er veel werk in lobbyactiviteiten: de vrijgevestigden goed in beeld brengen bij de VNG, bij Kamerleden en ook de ambtenaren van de ministeries VWS en Justitie & Veiligheid.

De NVVP kan onmogelijk alle 400 gemeenten in Nederland bereiken. Als K&J-therapeut moet je in deze tijden zelf ook actief zijn, je blik naar buiten richten, voorbij de muren van je praktijk en je bijvoorbeeld wenden tot de verantwoordelijke ambtenaren bij je gemeente. Ik heb zelf de wethouder Welzijn in mijn dorp uitgenodigd, die nu in augustus nader kennis komt maken.
Tevens heb ik hier een Netwerk Kind en Jeugdzorg Voorschoten opgericht met andere zorgaanbieders zoals een kinderpsychiater, pedagoog, logopediste en fysiotherapeut. We komen regelmatig bij elkaar en richten ons op kwaliteitsontwikkeling, maar hebben toch ook strategische overwegingen, zoals profilering binnen onze gemeente.

Recent ben ik naar een bijeenkomst van de gemeente geweest die men organiseerde voor alle eerstelijns aanbieders. Ik werk als tweedelijner, maar wil zo toch wat voeling houden met wat er op gemeentelijk niveau speelt en hoe men daar denkt. Op de bijeenkomst waren ongeveer 25 personen, naast een paar andere psychologen waren er fysiotherapeuten, diëtisten, de GGD en ambtenaren. Conclusie van de gemeente was: de jeugd in Voorschoten kampt met twee problemen, namelijk overgewicht en alcohol. Ik vind dit kokerkijken erg zorgelijk en het bevestigt het voorbehoud dat ik reeds eerder aangaf. Ook verwacht ik meer concurrentie op de markt van de GGZ. Een belangrijk gegeven van het Bestuurlijk Akkoord GGZ is de beddenreductie bij instellingen. Die instellingen willen natuurlijk geen fte inleveren en hun omzet houden. Zij worden verplicht meer ambulant te gaan werken en ook in mijn niche actief te worden.

Een keerpunt realiseren in de maatschappelijke en politieke context ten aanzien van opvoeding, zorg en GGZ is erg complex. Op mijn manier probeer ik een bijdrage te leveren door de gemeente te informeren dat er ook nog vrijgevestigden in de jeugd-GGZ actief zijn; dat deze hooggekwalificeerde zorg leveren voor doelgroepen die niet goed bekend zijn bij gemeenten en dat wij georganiseerd zijn via een landelijke vereniging en aan strenge kwaliteitseisen moeten voldoen. Daarnaast nodig ik regelmatig zorgverzekeraars uit. Ik laat ze dan zien hoe ik werk. En vorige week bezocht de voorzitter van GGZ Nederland mijn praktijk. Er blijft bij deze mensen altijd wel iets hangen van het werkbezoek en naast alle macro-economische overwegingen is het goed dat men concrete beelden heeft van een gemiddelde vrijgevestigde K&J-therapeut van de NVVP.’

Kort CV Bob van Eerd

Studie:
Kunstacademie, Psychologie, Psychotherapie, Beleid en Management van Non-Profit Organisaties. Werk:
K&J-psychiatrie bij Centrum voor Geestelijke Gezondheidszorg RNO (o.a. oprichten babydagbehandeling), directeur Zorg op Zuid Gezondheidscentra te Rotterdam.

Huidig:
fulltime vrijgevestigd K&J-therapeut, lid beleidsraad NVVP, secretaris commissie K&J NVVP, initiatiefnemer van Netwerk Kind en Jeugdzorg Voorschoten
(www.kindenjeugdzorgvoorschoten.nl) en deelnemend aan Samenwerkende Psychologen Voorschoten (www.svp-voorschoten.nl)

Vrije tijd:
beeldende kunst, literatuur en eens per jaar een retraite in een klooster om via de stilte nieuwe ideeën te kunnen genereren.
Burgerlijke staat:
gehuwd en twee zonen.

Gehele artikel uit NVVP (2e jaargang nr 2) downloaden

Contact KDC Voorschoten

Address :

Papelaan 85v, 2252 EG Voorschoten, Netherlands

Phone : 📞 +7
Postal code : 2252
Website : http://www.kdcvoorschoten.nl/
Categories :
City : Voorschoten

Papelaan 85v, 2252 EG Voorschoten, Netherlands
f
frank van oudennaarden on Google

Write some of your reviews for the company KDC Voorschoten

Your reviews will be very helpful to other customers in finding and evaluating information

Rating *
Your review *

(Minimum 30 characters)

Your name *